Over Het strijdtoneel van Europa

Na de Tachtigjarige Oorlog beleeft Nederland zijn Gouden Eeuw. Ondertussen rekent het Zuiden af met rampen en oorlogen. Onder Lodewijk XIV rukken de Fransen op en palmen grote stukken van de Zuidelijke Nederlanden in. Het is Willem III, stadhouder in Nederland en koning van Engeland, die de Fransen tot staan weet te brengen. In 1713 belandt het Zuiden in Oostenrijkse handen. Maar in 1794 komen de Fransen terug en hechten het land aan, tot de Slag bij Waterloo in 1815 er anders over beslist.

Tijdens die woelige periode worden opmerkelijk veel fraaie gebouwen opgetrokken: gildehuizen, kerken, abdijen, kastelen ... De bevolking verdubbelt, er worden steenwegen aangelegd en kanalen gegraven, de kant- en katoenindustrie bloeit, de eerste steenkoolbekkens ontstaan en de intensieve landbouw wordt een voorbeeld voor Europa. Ondanks de ellende en de oorlog behoudt het Zuiden zijn veerkracht en wekt het de naijver op van de buurlanden. Edward De Maesschalck doet je die paradox uit de doeken.

I.s.m. Davidsfonds Reg. Maaseik