“Een bestemming waar nog nooit een reisgids over geschreven was”
Martin van Mousch en Guido Derksen over Hemel en hel in kaart
Het hiernamaals: een bestemming waar veel over wordt gedacht, maar weinig echt over geweten is. In Hemel en hel in kaart nemen Martin van Mousch en Guido Derksen je mee op een cultuurhistorische verkenning door het leven na de dood. Lees hier hoe ze samen terugblikken op hun buitengewone reisgids.
Tekst: Helena Mermuys
Hoe zijn jullie op het idee gekomen voor Hemel en hel in kaart? Was de samenwerking vanzelfsprekend?
Martin: “Het oorspronkelijke idee voor de atlas kwam van Guido. We hebben een aantal jaren bij elkaar gewoond in een studentenflat en die vriendschap is altijd gebleven. Guido is van huis uit geograaf, maar is na zijn studies in de journalistiek terechtgekomen. Zelf ben ik begonnen als historicus. De samenwerking ging daarom heel vlot: we vullen elkaar aan. Vaak zijn we ook een klankbord voor elkaar en delen we hetzelfde gevoel voor humor. Dat laatste komt zeker terug in de teksten en de kaarten van het boek.”
Guido: “Ik heb zelf heel wat boeken geschreven, waaronder ook reisgidsen. Er is één bestemming waar we allemaal heen gaan, maar waar nog nooit een reisgids over geschreven was. Met die gedachte heb ik Martin dan gevraagd of hij wilde meeschrijven aan een handboek over het leven na de dood. Dat was vijftien, twintig jaar geleden. In de loop der jaren is het project uitgegroeid tot een echte atlas. Maar het is veel meer dan dat: Hemel en hel in kaart is een cultuurhistorisch boek over een religieus onderwerp. Het zijn schitterende, maar ook gruwelijke beelden.”
Martin: “Het is alsof je een schatkist opent. We hebben in het handboek heel veel verschillende culturen opgenomen. Al moet je natuurlijk een selectie maken over wat aan bod komt. Je kan wel alles willen beschrijven, maar in de praktijk gaat dat niet, anders krijg je overdaad.”
Veel verhalen over het hiernamaals bevatten een routebeschrijving en verwijzen expliciet naar een fysieke plaats. Hoe gingen jullie daarmee aan de slag tijdens het ontwerpen van de kaarten?
Martin: “Het is af en toe bizar hoe die kaarten zichzelf gaan ontwikkelen. Zowel de geografische indeling als de plaatsnamen zijn duidelijk gebaseerd op de bronnen. We hebben dus niet in het wilde weg zitten fantaseren: er zit logica in de opbouw. Ook de taal wijst zichzelf uit, dat merk je vanzelf in de teksten. Uiteraard met de nodige kwinkslagen, want uiteindelijk dienen de kaarten als sfeermakers.”
Guido: “Zoals Martin aangeeft zijn de kaarten heel logisch uitgetekend. Zo zetelt in het renaissancistische hiernamaals de hemelse Schepper in het noorden, terwijl de hel zich aan de onderkant bevindt. We hebben eigenlijk per onderwerp, per tijdvak gekeken naar de belangrijkste ingrediënten. ‘Hoe keek men naar de dood in de Keltische mythologie,’ bijvoorbeeld. En dat vertaalden we dan naar beelden op een kaart. Onze cartograaf, Jop Mijwaard, heeft er vervolgens iets heel moois van gemaakt.”
Voor deze editie ontwierpen jullie ook een kaart van het hedendaagse hiernamaals, al verschilt die in de vormgeving van de andere kaarten in het boek.
Guido: “Vanaf de 20ste eeuw beginnen die levendige, letterlijke beelden van het hellevuur en het hemelse paradijs te vervagen. Met de ontwikkeling van de wetenschap bleken die gewoon niet meer houdbaar. De vorige paus gaf zelfs aan dat we het hiernamaals eerder symbolisch moeten zien – maar ja, wat doe je daar dan mee als je er een kaart van wil maken? We zaten dus voor de moderne kaart met het probleem dat die vastomlijnde beelden er niet meer waren.”
Martin: “Wel is het zo dat de traditionele kernideeën grotendeels overeind bleven. Bij veel mensen is dat eerder onbewust en minder concreet ingevuld dan vroeger. Die ideeën hebben we in een hedendaagse metrokaart gegoten. Inspiratie vond ik daarvoor bij het Egyptische hiernamaals, waar de overledene door de verschillende lagen van de onderwereld reist. Toen ik het voorstel van een metrostelsel bij Guido aftoetste, kwam hij spontaan met het hoofdstation op de proppen: ‘Gare du Mort’.”
Nu de technologie erop vooruitgaat, zijn we weer aan het dromen geslagen. Ligt de onsterfelijkheid binnen handbereik? Wordt onze geest geüpload naar een of andere geavanceerde wolk?
Guido: “Je zou kunnen stellen dat, in de moderne denkbeelden van het rekken van het leven, de ziel is gedigitaliseerd. Die visie past binnen ons digitale tijdperk. De ziel bevindt zich dan niet op een plek die we niet kennen, maar op eentje die we zelf hebben gecreëerd: de cloud.”
Martin: “Daarmee kom je ook weer uit bij de oorspronkelijke kwestie: waar bevindt de ziel zich na de dood? We pretenderen natuurlijk niet het antwoord op die vraag te weten. We zijn verkenners, eerder dan kenners van het hiernamaals. Maar als je dus het eeuwige leven in de cloud geniet, blijf je per definitie in het hiernumaals en kunnen we moeilijk nog van een hiernamaals spreken.”
Guido: “Een andere filosofische vraag die we ons kunnen stellen: is dat nog wel je ziel?”
Er is ontzettend veel nagedacht en geschreven over het hiernamaals. Waarom is de mens daar eigenlijk zo mee bezig? Vanwaar die fascinatie met het leven na de dood?
Guido: “De verklaring ligt hem in het feit dat heel veel mensen door de eeuwen heen maar moeilijk konden accepteren dat de dood het einde zou betekenen. De geestelijke leiders van vroeger hadden overigens niet veel aan die gedachte. Als de mensen daarentegen tot in de eeuwigheid de gevolgen moeten dragen voor hun acties, is het makkelijker om de bevolking in het gareel te houden.”
Martin: “Daarnaast is er ook de menselijke hoop. Als het leven een kwelling is, kan je je optrekken aan het idee dat het hierna beter zal zijn. Zeker als je een voorbeeldig leven leidt, lijkt het alleen maar rechtvaardig dat je daarvoor zou worden beloond, en omgekeerd.”
Heeft het bundelen van 5.000 jaar aan opvattingen over het leven – en over de dood – jullie eigen visie op het hiernamaals veranderd?
Guido: “Het heeft mij in ieder geval veel relativeringsvermogen bijgebracht. Ook omdat je vaststelt dat alle beelden die voor waar werden aangenomen of voorgespiegeld, eigenlijk voortkomen uit wat er zich op aarde afspeelt. Mijn overtuiging is dat we het gewoon niet kunnen weten. Misschien is de ‘dood is dood’ opvatting wel de juiste.”
Martin: “Hieraan werken heeft mijn levensvreugde ontzettend verhoogd. En als ik heel eerlijk mag zijn: ik ben blij dat er geen hiernamaals is. Ik denk dat je het hier en nu moet doen. Dat motiveert mij ook om er het beste van te maken. Maar als de gedachte aan een hiernamaals mensen hoop biedt in de positieve zin juichen we dat alleen maar toe.”
Guido: “Uiteindelijk tast iedereen in het duister. Dan zal in de toekomst wel blijken of de oude Egyptenaren toch gelijk hadden. (lacht)”
Wil je ook een voorproefje op het leven na de dood? Of ben je nieuwsgierig naar de “verbazing, verwondering en bewondering” van dit schrijversduo? Laat je gidsen door het hiernamaals en bestel Hemel en hel in kaart hier!