AMUZ: een gesprek met sopraan Lieselot De Wilde
“Muziek geeft alle vrouwen die in mij huizen een stem.”
In een interview dat je eerder gaf op Klara noemde je ieder mens een verzameling aan verschillende entiteiten. Welke entiteiten gaan er schuil in Lieselot De Wilde?
Iedereen heeft verschillende aspecten in zich die hij of zij verkent, bij mij uit zich dat in al mijn verschillende bezigheden: zingen, schrijven, componeren, acteren. En muziek is daarbij een van de belangrijkste manieren om mezelf te uiten: zo geef ik alle vrouwen die in mij huizen een stem. Omdat ik zoveel dingen combineer, vragen mensen me wel eens of dat me niet verwart, terwijl ik zelf juist het gevoel heb dat ik bij alles wat ik doe een stukje van mezelf kwijt kan.
Wanneer ben je beginnen te zingen?
Zingen heeft altijd deel uitgemaakt van mijn leven. Thuis zongen wij allemaal, dat was iets heel gewoons zoals andere kinderen met legoblokken speelden. Maar dat ik er een groot talent voor had, daar was ik me lang niet van bewust. Dat besef is pas gekomen in de middelbare school. Een van mijn vriendinnen speelde cello en toen we tijdens een middagpauze in het muzieklokaal aan een van de piano’s zaten en ik Mud stories van An Pierlé zong, maakte ze me erop attent dat ik heel mooi kon zingen. Dat ik daar iets mee moest doen. Het is dus dankzij haar dat ik daar op een serieuze manier naar ben gaan kijken en dat het conservatorium ook voor mij een optie werd. Iets doen met zang of theater had me altijd wel leuk geleken, maar hoe je dat juist voor elkaar kon krijgen, daar had ik voor ik haar kende geen idee van.
Muziek was lang een soort spel. In de notenleer kwam ik onmiddellijk in de hogere klassen terecht en dat was een totaal andere wereld voor mij. Ik heb dan ook gevloekt op die zeven sleutels! Nu, bij het creëren van mijn eigen muziek en projecten, ben ik nog steeds ontzettend dankbaar dat ik muziek heel lang op een speelse en creatieve manier heb kunnen beleven.
“Muziek was lang een soort spel voor mij – ook nu voelt muziek nog steeds aan als een uitdrukking van zijn, van het dagelijkse leven.”
Hoe ben je vervolgens bij de oude muziek uitgekomen?
In het Lemmensinstituut was er natuurlijk een klas oude muziek, maar los daarvan vond ik die muziek gewoon super mooi. Ik heb die voor het eerst ‘bewust’ leren kennen dankzij mijn mama. Zij had een cd gekocht met muziek van Purcell door de Amerikaanse sopraan Jill Feldman: zo overweldigend in schoonheid en interessant in expressie dat ze me vanaf de eerste noot mee had.
Wat me ook zo boeit aan oude muziek, is dat er totaal geen opnamen van bestaan, we weten niet hoe dat toen moet hebben geklonken. Veel partituren zijn zelfs onvolledig of ze vermelden niet met welke instrumenten de muziek moet worden gespeeld, waardoor je een groot deel zelf moet invullen. Je spreekt daar een ander soort creativiteit aan dan wanneer je bijvoorbeeld een partituur van Debussy ontleedt.
Is dat de drang naar speelsheid die de kop opsteekt?
Ja, ergens wel. Maar de uitgebalanceerdheid van de expressiviteit vind ik ook zo mooi. Zelf zing ik heel graag muziek uit de laatrenaissance, vroegbarok. Dat is mijn ding, omdat tekstexpressie daarbij erg belangrijk is. Bij oude muziek blijft het steeds zeer uitgebalanceerd en stijlvol. Het zit hem meer in de affecten dan dat het zwaar in de emotie gaat hangen.
En, ook niet onbelangrijk, ik heb binnen de oudemuziekwereld heel toffe collega’s ontmoet, zoals Sofie Vanden Eynde en Catalina Vicens. Zij zijn zelfs niet alleen collega’s, maar ook heel goede vriendinnen. Als je elkaar goed aanvoelt, is het ook gewoon leuk om samen te musiceren: dan begrijp je elkaar zonder woorden.
Hoe heb je als artiest het voorjaar met de lockdown beleefd?
De eerste twee weken vond ik ronduit verschrikkelijk. Maar de situatie was toen ook zo acuut, alles viel in één keer weg en aanvankelijk spraken we over één maand zonder concerten, maar dat werd dan verlengd tot en met juli en vervolgens tot eind augustus … Ondertussen zijn annuleringen, gek genoeg, deel van het dagelijkse leven geworden. Zo werd er deze week nog een concert geannuleerd dat ik in Spanje zou geven.
“Ondertussen zijn annuleringen gek genoeg deel van het dagelijkse leven geworden.”
Omdat er in het Brusselse wel wat besmettingen waren, ben ik tijdens de lockdown even bij mijn ouders gaan wonen. Ik vertelde hen dan ook regelmatig wat normaal gezien mijn plannen op dat moment zouden zijn geweest: dat ik dan bv. naar Frankrijk zou vertrekken en van daaruit de dag nadien rechtstreeks naar Riga zou vliegen enzovoort. Ik heb toen vaak gedacht hoe ik zo’n reis- en werkschema in godsnaam weer zou hebben overleefd. Dat je jezelf voorbij holt met zo’n verschroeiend ritme, was confronterend. Dus het was ook wel een opluchting om een keer tijd te hebben. Je komt toch met een ander deel van jezelf in contact.
Is je agenda nu opnieuw zo gevuld als voor de lockdown?
Ik vind het ontzettend fijn dat ik zoveel concerten in het vooruitzicht heb. Ik had me in het voorjaar niet kunnen voorstellen dat het zo snel weer op gang zou komen. Maar ik verlang anderzijds wel naar meer tijd voor eigen projecten. In mijn planning voor het voorjaar 2021 heb ik daar iets meer rekening mee gehouden. Dit najaar daarentegen is goed gevuld! Ik kijk erg uit naar het concert in AMUZ. Samen met pianiste Elise Simoens breng ik Haydns Arianna a Naxos. Een magistraal stuk dat ik trouwens ook heb gezongen voor mijn eindexamen. Naast de uitgebalanceerde oude muziek kan ik ook wel eens genieten van flink wat drama. (lacht) Eigenlijk is dat een mini-opera! We hebben het programma aangevuld met enkele liederen van Haydn en Mozart. De keuze voor die liederen werd ons vooral ingegeven door het hart – in een wereld gestoeld op concertconcepten is dat een verademing.
“We hebben het programma van ons concert op 8 november aangevuld met enkele liederen van Haydn en Mozart. De keuze voor die liederen werd ons vooral ingegeven door het hart”
Je hebt tijdens de lockdown ook het Facebookproject Around the world in 72 songs opgestart, geïnspireerd door de Amerikaanse journaliste Nellie Bly die in 72 dagen de wereld rondreisde.
Klopt. Ik zag tijdens de lockdown heel veel collega’s digitale miniconcerten geven. Dat deden we niet alleen omdat het confronterend was om alles geannuleerd te zien worden, maar ook omdat je als artiest nood hebt aan een zekere continuïteit. Op het podium staan, muziek delen met een publiek en daar ook naartoe kunnen werken, dat maakt deel uit van je identiteit. Internet is ook een uiterst interessant platform voor artistieke creaties. Alleen is het wat zoeken, want het digitale laat soms veel van de schoonheid en kwaliteit onderbelicht. Dankzij de rust die de lockdown me bracht, had ik eindelijk tijd om over die dingen na te denken.
Een paar jaar geleden heb ik een draaiorgel gekocht, omdat ik dat een tof instrument vind. Ik had het wel eens eerder geïntegreerd in een project van Bel Ayre, maar de opportuniteit om het in een ander programma op te nemen, bleef door de drukte uit. Tijdens de lockdown voelde ik dat de tijd misschien wel rijp was om weer iets meer met m’n draaiorgel te doen. Ik had enkele jaren daarvoor over Nellie Bly (pseudoniem van Elizabeth Jane Cochrane, n.v.d.r.) gelezen en haar figuur ben ik nu opnieuw tegengekomen. Het klikte gewoon in elkaar.
Waar haal jij je inspiratie zoal?
Die komt gewoon zoals ze komt (lacht) … Ik ben een redelijk observerend iemand, ook bij mezelf.
Leiden die observaties nog tot projecten in de toekomst?
Ja! Ik ga een reeks maken die Figurines heet. Die gaat over de beeld- en mythevorming over vrouwen door de eeuwen heen. Voor elke voorstelling of elk artistiek werk dat ik binnen die reeks maak, ga ik uit van een mythe rond een vrouw. Het vrouwbeeld werd lang sterk geassocieerd met het christelijke beeld van Maria of Eva, andere opties waren er niet. Wat voor mij in deze zoektocht inspirerend is geweest, is Ordo virtutum van Hildegard von Bingen, waarin een menselijke ziel op zoek gaat naar zichzelf door zich af te toetsen aan (christelijke) deugden. Voor mij betekent dat dat Hildegard von Bingen ook naar zichzelf op zoek was, dat ze met haar identiteit bezig was. Zij zal toch niet de enige zijn geweest? Als het over vrouwen in de geschiedenis gaat, hanteren we nog steeds het eerder enge beeld dat ze niet echt bezig waren zichzelf of hun leven vorm te geven. Maar waarom zouden vrouwen vroeger niet even kritisch, veelzijdig en geïnspireerd zijn geweest als wij nu zijn? Alleen kregen ze jammer genoeg niet de kans om sporen na te laten in onze geschiedenis. Het is dat onbekende verhaal dat ik graag mee wil vertellen.
Lieselot De Wilde en Elise Simoens:
Het Londen, Venetië en Wenen van Haydn en Mozart
Zondag 8 november, 15.00
Info & tickets