De keuze van Ignace Bossuyt (Passiemuziek): Deel 2
Davidsfonds Academie wil muziek tot bij jou thuis brengen. Zo kan jij cursussen (her)beleven zonder je te verplaatsen. Muziek is één van de krachtigste middelen om emoties op te roepen. Prof. Ignace Bossuyt maakt je wegwijs in de prachtigste composities en uitvoeringen tijdens een driedelige muzikale reis door de Passietijd.
Deel 2 : JOHANN SEBASTIAN BACH (1685-1750), O Mensch, bewein dein Sünde groß
Het eerste deel van Johann Sebastian Bachs Matthäuspassion sluit af met een reflectie over Christus zijn leven en sterven, zijn menswording en zijn offerdood, gekoppeld aan een meditatie over de zondigheid van de mens. Bachs uitgangspunt is de melodie O Mensch, bewein dein Sünde groß, een van de bekendste passiekoralen. De honderden koralen omvatten de liederenschat van de protestanten, met name de gemeenschapsliederen die iedere gelovige van kindsbeen af zong. Martin Luther zelf was de eerste die dergelijke eenvoudige liederen schreef, met de intentie de gelovigen nauwer bij het liturgisch gebeuren te betrekken.
Zoals in het beginkoor van zijn passie (Kommt, ihr Töchter, helft mir Klagen) componeert Bach een indrukwekkend koordeel, waarbij hij de stemmen en de instrumenten (strijkers, traverso’s, oboe d’amores en basso continuo) verstrengelt tot een complex weefsel van elkaar doorkruisende zelfstandige partijen. Zoals het beginkoor kan men dit horen als een soort processiegang, voortgestuwd door een constant herhaald stijgend en dalend motief dat in alle instrumenten verschijnt. De complexiteit van dit stuk is het gevolg van de opeenstapeling van diverse lagen, die elkaar ritmisch en melodisch aanvullen en die ook duidelijk hoorbaar te onderscheiden zijn: 1. traverso’s – 2. oboe d’amores (een lager klinkende hobo, één van de lievelingsinstrumenten van Bach) – 3. strijkers – 4. basso continuo. Binnen dit instrumentaal weefsel bouwt Bach een vijfde laag in: het vierstemmig koor met het koraal O Mensch, bewein dein Sünde groß, dat op zijn beurt rijkelijk wordt uitgewerkt en niet in eenvoudige vierstemmige akkoorden voorgesteld zoals de andere koralen in de passie (bijvoorbeeld het koraal O Haupt voll Blut und Wunden). Bach plaatst de melodie ook wel in de sopraan, maar de andere partijen volgen niet gewoon mee in hetzelfde ritme, maar zij commentariëren en diepen de religieuze boodschap verder uit door de muzikale benadrukking van bepaalde woorden, zoals: een sliert noten op bewein (= tranenvloed), een dalende melodie op kam auf Erden (= de menswording van God) en een pijnlijk-kronkelende lijn op Krankheit (= ziekte).
Dit slotkoor maakt een verpletterende indruk, als gevolg van de merkwaardige combinatie van de onweerstaanbare stuwende kracht van deze muziek enerzijds en statische momenten anderzijds (let bijvoorbeeld op de lang aanghouden tonen in de basso continuo). Het resultaat is één geweldige brok spanning die pas in de laatste maat tot ontlading komt. In één woord: adembenemend…
Matthäuspassion, O Mensch, bewein dein Sünde groß: 1:03:39 – 1:09:03
Orgelbüchlein, O Mensch bewein dein Sünde groß (BWV 622)
Het Orgelbüchlein is een autograaf manuscript waarin Bach 46 koralen samenbracht in een uitgewerkte versie voor orgel met pedaal. Hij had echter de intentie om 164 koralen op te nemen, waarvan hij de eerste woorden al bovenaan de pagina’s had aangebracht. Hij volgt de hierbij de toepasselijke koralen voor de feesten van het kerkelijk jaar, met toevoeging van een aantal andere. Het plan bleef echter onvoltooid. De 46 opgenomen koralen zijn stuk voor stuk meesterwerkjes. Bach plaatst de koraalmelodie meestal ongewijzigd in de bovenstem en voegt een aantal partijen toe die vaak bedacht zijn in functie van de interpretatie van de tekstinhoud. Een beroemd voorbeeld is de koraalbewerking Durch Adams Fall ist all verderbt: de zondeval in het paradijs wordt gesymboliseerd door een opeenstapeling van dissonante intervallen (zoals de dalende septiem in het pedaal). In drie koralen presenteert Bach de melodie in een rijkelijk versierde versie, onder meer O Mensch, bewein dein Sünde groß. Het is één van de meest diepzinnige composities van Bach: een intense, melancholische meditatie op de zondigheid van de mens. Het slot is ook één van de meest geciteerde passages uit het orgelwerk van Bach omwille van de bizarre en verrassende melodische wending en de genoteerde vertraging van het tempo (van langzaam naar nog iets trager: adagio wordt adagissimo).
Orgelbüchlein, O Mensch, bewein dein Sünde groß
De website All of Bach, een fantastisch project van de Nederlandse Bachvereniging, stelt alle werken van Bach in uitstekende uitvoeringen en opnamen gratis ter beschikking.
De partituren zijn beschikbaar op de website van IMSLP :
- Matthäuspassion: de uitgave van Alfred Dürr en Max Schneider (Neue Bach-Ausgabe), p. 119-144
- Orgelbüchlein: (bach BWV 622): partituur van Willem Rust of Roland Lopes
Ignace Bossuyt